Toen Ruben Nicolai net in Amsterdam kwam wonen, had hij al een tijdje een vriendin. Hij vertelde vol enthousiasme aan haar de plannen die hij allemaal in zijn hoofd had.
“Eerst dit, dan dat, ik gíng maar door – tot ze op een gegeven moment zei: ‘Stop. Je hebt me nu acht plannen verteld en van die acht heb je er nog niet één uitgevoerd.’ Ze had helemaal gelijk: ik kon enthousiast ergens aan beginnen, maar als er dan een vlindertje voorbij dwarrelde, was het: hee, een vlinder! En dan vloog ik dáár weer achteraan”, lacht Ruben in Linda.
Ruben heeft ook al enkele stukgelopen relaties achter de rug en hij moet toegeven dat hij het ook vaak gehoopt heeft bij zijn ouders.
“Het ging helemaal niet zo goed met mijn ouders. Ik was wel gelukkig, maar zij niet. En het werd steeds erger. Ik was de jongste van drie kinderen, dus ik heb er het langst tussenin gezeten. Je wil niet weten hoe vaak ik heb gedacht: ga in godsnaam uit elkaar.”